Het groeien
en bloeien van planten is pure chemie. Simpel gezegd zorgt een verschillende
mix van dezelfde chemische stoffen voor een andere soort plant. Dit mengen
start bij de voortplanting. Bloemen worden bevrucht waardoor twee cellen van
verschillende individuen samensmelten. Hieruit komen zaden en die zaden
ontkiemen uiteindelijk tot planten. Dit is de klassieke geslachtelijke voortplanting.
Daarnaast
bestaat er ook de ongeslachtelijke of vegetatieve voorplanting waarbij er
eigenlijk een kopie wordt gemaakt van één individu. Dat kopiëren kan op
verschillende manieren gebeuren. Voorbeelden zijn het planten van een
aardappelknol, een ui of een tulpenbol waaruit later een perfecte kopie komt
van de moederplant. Nog later zal die gekopieerde plant op haar beurt zelf weer
nieuwe kopieën maken: uit één aardappelknol komt een plant met meerdere
aardappelknollen, een geplante ui geeft veel kleine bolletjes, net zoals bij
een tulp. Die planten kunnen zich trouwens ook op de geslachtelijke manier
voortplanten maar de vegetatieve manier gaat vlotter.
Ook het
stekken van planten is een vorm van vegetatieve voortplanting. Hierbij wordt
een stuk uit een plant gesneden en wordt gezorgd dat dit stukje plant wortels
krijgt. Dat afgesneden stukje kan dan uitgroeien tot een volledige plant. Door
de verschillende samenstelling van de chemische stoffen kan de ene plantensoort
zich veel gemakkelijker voortplanten via stekken dan de andere soort.
Bessenstruiken zijn van die planten die heel gemakkelijk via stekken zijn te
vermeerderen.
Als
voorbeeld nemen we de Zwarte Bes, ook gekend als de Cassisbes of de Ribes
nigrum. De Zwarte bes is een struik die maximaal anderhalve meter groot wordt en die smal blijft omdat de takken alleen verticaal groeien.
Ook in kleine tuinen kan je deze bes dus zonder problemen planten. Stekken
maken doe je door in december, januari of februari twijgen van gezond eenjarig
hout van de Zwarte bes te snoeien. Snij op een vorstvrije dag een takje van
ongeveer 40 à 50 cm af uit het eenjarige hout. Eenjarig hout is blinkend bruin,
tweejarig hout is mat. Als het kan probeer je best ook niet te stekken op
regendagen omdat de kans op schimmelinfectie groter is bij vochtig weer.
Van de
stekken snij je de bovenkant af omdat die te zacht is. Zo hou je stekken over
van gemiddeld 30 cm. Zet die stekken samen voor één derde in de grond in open
lucht waar ze enkele maanden mogen blijven staan om te wortelen. Zo kan je in
het voorjaar zien welke stekken de beste scheuten geven en die plant je dan uit
op hun definitieve plaats. Zet ze op ongeveer 1 à 1,5 meter van elkaar. Het
eerste jaar groeit uit de stekken een struik en pas het tweede seizoen zal je
bessen krijgen. Stekken in een pot opkweken is ook mogelijk, zowel in open lucht als in een kas of serre. Bij dat laatste moet je ze wel afharden vóór je ze uitplant. Je moet ze dus langzaam laten wennen aan de buitentemperatuur.
De
stekmethode is ook toepasbaar op de Ribes rubrum (rode bes) , sambucus nigra
(vlierbes), druif en de Jostabes. Bij blauwe bessen gaat dit ook maar dan
enkel onder glas.
Zwarte bessen stekken eigenlijk erg makkelijk. Ik vermoed dat je ze zelfs rechtstreeks in de grond kan stoppen :)
BeantwoordenVerwijderenDat is juist als je alle stekregels gked toepast. Zet er een markerings stokje bij.
BeantwoordenVerwijderen